Driewerf fris
Zondagavond konden we eindelijk weer eens naar het Dijkgatsbos. Het was driedubbel friss!
- Fris omdat de gevoelstemperatuur volgens accuweather -8 zou zijn (en die houdt er geen rekening mee dat je zo’n beetje stil staat) …
- Fris want de hemel was (na 2 maanden niet serieus waarnemen) een heel stuk opgeschoven en toonde dus allerlei nieuwe, frisse sterrenbeelden, en…
- Fris als in verfrissend omdat de aanwezigheid van de halve maan ons dwong om in plaats van vage pluisjesjacht gewoon lekker een ‘best of de winterhemel’ plus wat nieuwe mooie OC’tjes op te zoeken.
Het was heerlijk om weer eens onder een donker(der)e hemel te staan, de melkweg weer te zien, de beestjes in de omgeving te horen, en natuurlijk gezellig te kletsen over astronomie en wat dies nog meer zij met ons gezellige Dijkgatsbosgroepje. Hierdoor beleefde ik de afgelopen blauwe maandag vanaf een enigszins brakkig roze wolkje.
Enfin, we hadden afgesproken om 8u en Hans, Jan en ik kwamen elkaar onderweg tegen en reden in colonne om 8u stipt de (compleet bevroren) parkeerplaats oprijden, waar Remko, de initiatiefnemer in deze, al rustig aan het waarnemen was. Zelf had ik, na een week lang me druk maken over flats, voorgenomen om alleen lekker visueel te gaan zwiepen en was dus in no-time klaar met opzetten. Als allereerste moest Catalina eraan geloven. Deze prachtkomeet had ik onlangs al (eindelijk) gezien met de verrekijker vanaf het balkon maar hier in het bos was ze wel een stuk mooier! Helaas geen staarten voor mij. Althans, ik kon het niet met zekerheid zeggen. Jammer hoor want die schetsen die ik op het forum heb gezien waren uit de kunst.
Vervolgens het weerzien met de Orionnevel. Die had ik sinds vorig jaar niet gezien en ook al voel ik me af en toe nog een dummy, ik merkte hier toch dat ik wel groei als waarnemer. Ik zag allerlei nieuwe details in het helderste gedeelte en heb ook bewust de E-ster waargenomen. F lukte niet met zekerheid, maar het was een leuke exercitie. Oh ja, dat doet me herinneren dat ik ook Rigel heb gezien (wat een dotje!) en naar Betelgueze heb gekeken omdat ik ergens had gelezen dat dat iets meer een bolletje zou moeten zijn i.p.v. een punt maar ik vond het maar lastig. Sirius was vetter zullen we maar zeggen. In ieder geval was dit ook een gevalletje fris: Ik kijk *nooiit* naar dubbelsterren, maar vond het een enorm verfrissende ervaring!
Hierna OvdM NGC1647 en al zwiepend met de bino kwam ik ook nog NGC1746 tegen. Deze was zo groot dat er in de LightBridge geen h*l aan was (maar wel weer leuk met de verrekijker) maar 1647 was erg leuk! Ondertussen was Jan C3 aan het opzoeken, een stelsel in Draco en het lukte hem niet met zijn 8” newton. Ik dacht dat het misschien wel zou moeten lukken met de 12” maar ook dat ging niet. Naja, dan gaan we toch gewoon helemaal omlaag met het niveau? Hopseflops op de knieën voor M79. Het was ondertussen zo koud dat na enig zoeken mijn knieën lichtjes vastvroren aan de grond.
Daarna kon ik op zoek naar M46 met zijn planetaire neveltje. Toen dit stel vorig jaar OvdM was, ben ik (uiteraard) gaan opzoeken of de PN in de OC hoort. Dat is niet zo, maar ik realiseerde me vanmorgen in bed, terwijl ik aan het proberen was om een pietsje uit te slapen, dat ik zelf ook kan bedenken dat zeer onwaarschijnlijk is, en misschien wel onmogelijk. Want open clusters bestaan (vrijwel?) uit jonge sterren die ontstaan uit dezelfde gaswolk en daarom allemaal ongeveer even oud zijn. Omdat hun zwaartekracht niet zo sterk is, gaan de afzonderlijke sterren na een bepaalde tijd ieder huns weegs en daarom worden open clusters doorgaans niet zo oud als bijvoorbeeld een bolvormig cluster. Een planetaire nevel is wat ontstaat als een ster met gemiddelde massa ‘sterft’ en sterren met gemiddelde massa’s leven niet kort (maar gemiddeld lang ). Volgt u mij nog? Als de ster van de planetaire nevel bij het cluster had gehoord zou hij dus nog niet ‘dood’ zijn.
Yyyyeaaaahhh…
Terug naar mijn waarnemingen, want bij M46 komen is nog niet zo rechttoe rechtaan. Op de kaart staan m46 en m47 naast elkaar dus ik was in eerste instantie gewoon vanaf m47 zo een beetje zo naar links aan het zwiepen, en kwam daar bij een open cluster maar ik kon toch die vermaledijde planetaire nevel niet vinden! U raadt het al: ik zat te kijken naar NGC2423, wat overigens ook een niet te versmaden hapje is. Omdat mijn van tevoren zorgvuldig uitgekiende programma in deze maanverlichte omstandigheden niet van toepassing was, besloot ik om nog maar wat meer van dit soort hapjes mee te snacken, en op zoek te gaan naar NGC2414. Deze was toch wel weer een tegenvaller, een beetje een armetierig clustertje vergeleken met al dat sprankelend frisse twinkelgeweld van de eerdere OC’tjes.
Bij Jan bekeek ik nog NGC2374, Caroline’s cluster, wat wel weer een leukerd was. Ik kan me alleen niet herinneren of ik ‘m zelf nog opgezocht heb dus die mag nog niet in DSL. We blijven streng
In de tussentijd was Hans al vertrokken en overwoog ik kort om ook maar vast te gaan (want eer je in bed ligt, hè…) maar gelukkig heb ik dat niet gedaan want Jan begon over het Canis Majoris cluster, waar ik nog nooit van gehoord had maar een korte blik op stellarium leerde dat het om tau Cmaj ging, en die stond al een tijdlang op mijn waarneemlijst, maar vergat ik dan weer steeds (hij staat natuurlijk ook erg laag). Wat een BJOET is dit zeg! Woepie! Grappig hoe zo een enkele waarneming je weer helemaal bij de les kan krijgen.
Mijn laatste deepsky-waarneming was van het andere object van de maand, NGC 2355. Deze doet zijn naam van de Jedi Knight eer aan want ik vond ‘m eerlijk gezegd niet zo spannend en dat vind ik ook van de Star Wars films. Dus dat scheelt. Sorry OvdM-er die ‘m voorstelde
Jupiter liet zich ondertussen ook al een beetje zien tussen de takken door dus zette ik die in het vizier, een prettig weerzien met deze koning van het zonnestelsel. Het was nog niet helemaal zo spectaculair als dat ik me herinner maar na zo’n lange tijd ben ik allang blij dat ik weer wat Jupie-fotonen mocht consumeren… Schrijf ik in de hoop niet al te fangirl-achtig over te komen. We hadden het in het bos nog wel over de vraag “Wat is je lievelingsplaneet?”, en drie van de vier aanwezigen vonden Jupiter het mooist. Dat is ‘ie natuurlijk ook. Zeggen wij van front Jupiter
Na Jupiter en nog een rondje koffie waren de koekjes letterlijk en figuurlijk op en na een uitvoerige blik op de maan (we like the moon!) was het tijd om op te ruimen en huiswaarts te keren onder het genot van ijzige takkeherrie om me wakker te houden ^_^
